Steeds meer jongeren dakloos: ‘Te vroeg aan ons lot overgelaten’

0
450

Het aantal daklozen is de afgelopen jaren flink gestegen, zo bleek vandaag uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Ook onder jongeren is dat probleem schrijnend: in de afgelopen drie jaar verdrievoudigde het aantal thuislozen tussen de 18 en 30 jaar, tot ruim 12.000.

Een groot probleem, zeggen hulporganisaties, dat volgens hen vooral te wijten is aan het gebrek aan geschikte woningen. “Pas met een woning krijg je rust”, zegt Hella Masuger van Stichting Zwerfjongeren. “En kun je gaan nadenken over hoe je je schulden kunt aflossen en je leven kunt oppakken. Zonder vast huis blijf je aanmodderen.”

Dat je zomaar op straat kunt belanden, weet ook de 27-jarige Mohini. Op haar 18de werd ze dakloos, toen ze officieel meerderjarig was en daardoor niet meer in aanmerking kwam voor jeugdzorg. “Eerst kreeg ik onderdak bij een instantie. Maar na mijn verjaardag stopte dat en kwam ik op straat te staan.” Noodgedwongen besloot ze bij haar vriend te gaan wonen. Hij bleek gewelddadig, vertelt ze. “Hij mishandelde me. Maar ik kon nergens anders naartoe.”

Mohini volgde een studie, maar kon door een lange wachttijd alsnog geen huis vinden. Ze was een ‘economisch dakloze’, iemand die ondanks een studie of baan alsnog geen huis kan vinden. Volgens staatssecretaris Blokhuis wordt de toename van het aantal daklozen in toenemende mate door die groep veroorzaakt. “Pas na twee jaar wachten en rondzwerven vond ik een studio”, vertelt Mohini. “Maar daar moet ik binnenkort uit, omdat ik ben afgestudeerd.”

Kwetsbare periode

Dat er zo veel jongeren op straat belanden, ligt volgens Masuger van Stichting Zwerfjongeren aan de kwetsbare overgangsfase van 17 naar 18 jaar. “Ze zijn dan officieel meerderjarig en komen niet meer in aanmerking voor jeugdzorg”, vertelt ze. “Terwijl je niet kunt verwachten dat een 18-jarige met persoonlijke problemen zo op zijn eigen benen kan staan.”

Een tweede oorzaak van het grote aantal dakloze jongeren is de zogeheten kostendelersnorm, voegt Menno de Boer van het Leger des Heils toe. “Van thuiswonende jongeren tussen de 18 en 21 wordt verwacht dat ze financieel bijdragen aan het huishouden.” Ouders in de bijstand worden daarom op hun uitkering gekort, zodra hun kind meerderjarig is. “Dat heeft als gevolg dat veel 18-jarigen noodgedwongen het huis uit moeten, zelfs al hebben ze geen andere woonruimte.”

Volgens Mohini worden jongeren veel te snel aan hun lot overgelaten. “Je moet ze pas loslaten als het goed met ze gaat.” Dat geldt zelfs als ze niet expliciet om hulp vragen, benadrukt ze. “Vaak zijn 18-jarigen zó moe van alle instanties en zorg in hun jeugd, dat ze alle hulp afwimpelen.” Maar als kinderen met een stabiele situatie op kamers gaan, willen ze volgens haar ook geen bemoeienis van het thuisfront. “Toch vallen ook zij soms toch terug op hun ouders.”

Er is meer zorg nodig voor mensen die nog niet zelfredzaam zijn, bevestigt De Boer. “En er moet meer geschikte woonruimte komen.” Volgens hem is dat de kern van het probleem. “Voor iedere dakloze geldt: ook al heb je een sociaal netwerk of een dagbesteding, als er geen ruimte voor je is, kom je zo op straat. Dat zien wij ook terug bij onze dag- en nachtopvang.”

Hij vindt dat de politiek structurele maatregelen moet nemen om het woningtekort tegen te gaan. “We zoeken zelf ook naar creatieve oplossingen, zoals herbergen van daklozen in slooppanden. Maar dat is niet het ei van Columbus, daarvoor is het tekort te groot.”

Mohini’s situatie blijft intussen fragiel. Na lang zoeken vond ze een kleine studio in Den Haag, die eigenlijk te duur en te klein is. Ze is bovendien zwanger, waardoor ze extra in de knel komt. “Zelfs het wiegje past niet in deze ruimte.” Toch blijft ze er wonen, want veel keus heeft ze niet. “Ik kom niet in aanmerking voor een sociale huurwoning. En nog een keer dakloos worden, wil ik niet.”

Bron: nos.nl